Stationsstraat 114/116 | Nu Raadhuisplein

Het begin van dit artikeltje vertoont veel gelijkenis met dat over de dokterswoning Stationsstraat 118. En dat is logisch want deze panden deelden een stukje geschiedenis.

In 1891 werd de Stichting ’s Heeren Loo geopend. Het begon bescheiden. Directeur Fokko Kortlang had veel taken. De heer Jan Bijleveld hielp de eerste jaren bij de administratie. In de school van de stichting, met als hoofd meester Pegman, was mejuffrouw T. Kruijff werkzaam. Zij nam begin 1894 ontslag omdat zij ging trouwen met Jan Bijleveld.

Het paar liet nog in het voorjaar in Ermelo een huis bouwen. Dat is later Stationsstraat 114-116 geworden naast de dokterswoning die het laatst onderdak heeft geboden aan huisarts K.A. Bekker.

Vertrek en terugkeer

Het echtpaar Bijleveld is in 1899 of even daarvoor verhuisd naar Rheden. Al in 1901 is Jan Bijleveld daar overleden. Zijn weduwe is mogelijk teruggekeerd naar Ermelo. Zeker is dat zij hier in 1906 opnieuw trouwde, nu met de 56-jarige Hendrik Kruijver. Deze was in mei 1905 weduwnaar geworden. Het paar moet de woning van de weduwe hebben betrokken. De woning was bij het vertrek naar Rheden te koop of te huur aangeboden, maar kennelijk nog of weer beschikbaar.

Zoals in het verhaal over het pand van Riemer & Walinga te lezen is, had Kruijver in 1904 achter de latere boekhandel een drukkerij geopend. Hij was reizend kantoorbediende en boekhandelaar en -drukker. Zijn eerste vrouw, Gerdiena Margaretha Mulder was overleden in Zaandam, de plaats waar Kruijver vandaan kwam. In 1904 had hij zijn activiteiten in Ermelo uitgebreid met een papier- en kantoorboekhandel. In 1905 had hij, kennelijk omdat de zaken goed gingen, ook al het pand van Riemer gekocht. Pas bij zijn huwelijk met de weduwe Bijleveld heeft hij zich voor vast in Ermelo gevestigd.

De familie Kruijver-de Kruijff voor haar woning

Van de boekdrukker naar de boekhandelaar

In 1911 stond de woning (toen nog niet een dubbel bewoonde woning) ten name van Kruijver, maar dat was geen officiële optekening. Waarschijnlijk is de woning altijd eigendom gebleven van zijn echtgenote. Volgens het kadaster werd de woning in 1920 door haar verkocht. Hendrik Kruijver is nog tot zeker 1913 als drukker actief geweest maar nadien is het echtpaar naar Haarlem vertrokken waar Hendrik in 1926 overleed. Zijn weduwe stierf daar in 1943. Zoon Jacobus kreeg een dochter Gerdina, die kort naar geboorte bij haar grootouders werd ondergebracht, later weer bij haar ouders en uiteindelijk opnieuw in Ermelo terechtkwam als echtgenote van aannemer Chris van Krimpen.

Terug naar Stationsstraat 114/116. De woning werd dus in 1920 verkocht en wel aan de boekhandelaar Jacob Jan Loot. Hij was een zoon van Anne Loot en Cornelia Oosterhoorn, Veldwijkmedewerkers van het eerste uur. Loot jr. werkte destijds bij Wuestman. In mei 1917 was de firmant De Vroom bij Wuestman vertrokken en sindsdien was Loot filiaalhouder in de Ermelosche Boekhandel.

Einde juni 1931 is plotseling een einde gekomen aan de samenwerking van Wuestman en Loot. Daar zal zich wel iets hebben voorgedaan wat niet op prijs werd gesteld. Al heel snel daarna kondigde Loot de voorlopig opening aan van een eigen boekhandel annex kantoorboekhandel. De eigenlijke opening was eind augustus en liet zien dat Loot ook nog in tabakswaren handelde, platen kon inlijsten en ook een leesbibliotheek wilde beginnen. De onenigheid waarop werd gezinspeeld zal wel zijn grond hebben gehad in plannen van Loot om voor zichzelf te beginnen.

Nieuwe bewoners en onbekende eigenaren

Loot zal wel bij zijn winkel aan de Stationsstraat zijn gaan wonen en zijn oude huis hebben verhuurd. Het huis werd vanaf die tijd gesplitst in twee woningen. In de jaren dertig woonde er de uit Harderwijk afkomstige R. Stofberg. In de jaren veertig en vijftig de families Roza en Hoogenboom. Roza was timmerman en is waarschijnlijk vanwege de bouw van De Hooge Riet in 1938 in Ermelo komen wonen. Het lijkt erop dat eigenaar Loot de woningen in 1948 heeft verkocht. Als volgende eigenaar, eigenlijk eigenares geeft het kadaster dan de naam van de weduwe van de predikant Nicolaas Jacob Arnold van Exel. Deze was predikant geweest in Beekbergen en werd in september 1944 in Oosterbeek dodelijk getroffen bij een granaatinslag. Dit in de context van de Slag om Arnhem.

Hoe en waarom de weduwe Van Exel-Dekker het eigendom kreeg van een Ermelose woning is nog duister, ook voor de familie. Wellicht wordt dit nog opgehelderd. Wie nadien eigenaren zijn geweest is ook nog niet helder. Voor 1972 is de woning afgebroken. Op die plek was daarna een aantal jaren een rommelige parkeerplaats. Aan het einde van de jaren zeventig maakte alles daar plaats voor de aanleg van het Raadhuisplein waar anno 2022 op dinsdag markt wordt gehouden.

Tekst/bronnen/verantw. afbeeldingen
Lees ook: Een verdwenen dokterswoning. Stationstraat 118